Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit maart, 2011 tonen

Met van die elektroden op mijn hoofd

Nou, die vermanende toespraak van laatst heeft niet echt geholpen hè: het is alweer zo’n tien dagen geleden sinds ik voor het laatst iets postte hier. En daar baal ik zelf waarschijnlijk het meest van; ik betrap mezelf erop dat ik af en toe naar mijn eigen weblog surf om te constateren: Nee. Ze heeft nog steeds niets nieuws geschreven . (Soms wou ik dat er een soort blogmachine bestond. Met van die elektroden op mijn hoofd. En dat ik dan alleen in grote lijnen een blogje hoef te dénken en dat het dan vanzelf uit het toetsenbord ratelt, compleet met leuke grapjes en briljante woordspelingen.) Het lijkt wel of ik steeds minder tijd heb tegenwoordig! Ben ik niet aan het strijden tegen de deadlines, dan ben ik wel van hot naar her aan het vliegen, bergen was aan het wegwerken, of anderszins aan het puinruimen hier thuis. Of kots uit de vloerbedekking aan het schrapen. Want dat ook nog. De weken vliegen voorbij. Voor ik het wist was het alweer woensdag, en moest Loïs voor de tweede keer

Ballet

Toen ik een foldertje onder ogen kreeg met de aankondiging van peuterdanslessen die heel toevallig zouden worden gegeven in de cursusruimte hier aan de overkant, tien stappen lopen vanaf de voordeur, besloot ik dat dit een aanbod was dat ik niet kon negeren. Dus vroeg ik aan Lois: 'Wil je op ballet?' (Ik weet dat er peuterdans op de flyer stond, maar ik vond 'ballet' zo chique klinken. Bovendien had ze onlangs, met Bo, naar Black Swan een slechte ballerina-barbiefilm gekeken dus ik dacht dat het wel tot haar verbeelding zou spreken.) 'Ja,' zei Lois, 'ik wil op ballét.' Gisteren was het dan zover. En ja, wat kan ik zeggen. Ten eerste bleek dat we niet helemaal op de hoogte waren van de heersende dresscode. Nou vond ik persoonlijk dat ze er fantastisch uitzag in haar gympakje met daaronder een afgeknipte maillot van Bo, maar - klopt - ze was geen vlinder. Ze had geen tutu. Geen roze en lichtblauwe roezeltjes. Ten tweede viel het inhoudelijk aanbod mijn do

Je wordt bekazerd waar je bij staat

Het leven is, in mijn geval, op te vatten als één lange anti-naïviteitstraining. Inmiddels ben ik al heel wat illusies armer (wellicht bereik ik ooit het stadium van achterdocht, misschien – je weet het nooit – zelfs dat van paranoïa) maar nog dagelijks vallen mij de schellen van de ogen. Eergisteren aten we wraps. (Of fajita’s. Enchilladas. Empanada’s. Tortilla’s. Ik weet het verschil nooit tussen al die Mexicaanse dingen. Alleen taco’s kan ik onderscheiden.) Wraps eten we altijd als ik even écht niet meer weet ‘wat we nú weer moeten eten’. Of als ik even écht geen zin heb om te koken. Het is namelijk reuze makkelijk: je flikkert wat gehakt in een pan samen met de kruidenmix uit het pakje, en verder pleur je gewoon wat schaaltjes op tafel, met sla en tomaatjes en kidneybonen en mais en guacamole en geraspte kaas en die ingrediënten rol je dan zo’n beetje naar eigen inzicht in de bijgeleverde pannekoeken, nadat die 20 seconden in de magnetron zijn geweest. Succes verzekerd. Kinderen bl

Niet naar het Boekenbal, maar wel in de Flair

Nou kijk. Ik had dus een verhaal ingestuurd naar de Opium verhalenwedstrijd, met als hoofdprijs een publicatie in de avrobode en twee kaartjes voor het boekenbal. En, ik zal het maar eerlijk zeggen, toen sloeg ik een beetje door. En eigenlijk is dat uw schuld. Dat steekt mij maar veren in mijn reet over mijn schrijfstijl, ik was toch bijna gaan denken dat er een groot schrijver in mij school. Kuch. Nja. Niet dat ik nou zozeer dacht dat ik zou winnen hoor, maar ik vond mijn verhaal toch heus goed genoeg om bij de beste tien te eindigen en bij Cornald Maas aan tafel plaats te nemen, aanstaande dinsdag. Dus maakte ik me een beetje druk. Over wat ik dan áán moest voornamelijk. En over wie er op de kinderen moest passen. Kopzorgen, mensen. En allemaal nergens voor nodig natuurlijk. Want gisteren kwam het verlossende woord: 'Helaas, uw verhaal zit niet bij de beste tien inzendingen.' (Hetgeen, geloof het of niet, meer opluchting dan teleurstelling inhield mijnerzijds, want sinds ik

Ik weet zeker dat ze er twee had

Zeehondencrèche: leuk

Terwijl het zuiden van Nederland carnaval schijnt te vieren maakten wij vandaag weer eens een ouderwets gezinstripje (iets dat we soms gewoon een hele tijd vergeten, door alle drukte van werk, speelafspraken; overvolle weekenden met van alles). We reden over het Hogeland (waar ik als import-Groninger steeds meer van ga houden), door het prachtig mooie weer (we zagen weer alle te koop staande boerderijtjes) naar Pieterburen, naar de Zeehondencrèche. Want Loïs wou zeehondjes zien. Foto's. Oja. En morgenochtend gaan we weer naar het ziekenhuis: ik kreeg een telefoontje waarin werd meegedeeld dat bij nadere inspectie van de foto's, de pols van Bo toch een scheurtje bleek te vertonen. Hum.

Nationale Complimentendag

Het is vandaag Nationale Complimentendag , begrijp ik. Dat heb ik niet nodig, want ik ben van nature al redelijk complimenteus. En ik krijg zelf ook best vaak complimenten. Gisteren nog. Hoewel. Ik weet nooit helemaal zeker of iets als compliment bedoeld is, maar ik vat het altijd maar gewoon als zodanig op . Oh. Ja, we waren weer eens in het ziekenhuis, op de eerste hulp. Circus hè: een heel gevaarlijke tak van sport. Lopen op een bal. En de bal is rond. You get the picture. Even was men bang dat ze beide polsen had gebroken. Maar dat viel mee. Ze had zelfs niet één pols gebroken. Alleen gekneusd. Maar om daar achter te komen zaten we toch zo viereneenhalf uur in het ziekenhuis. En verder heb ik het druk. Met werk enzo. Dus de verhalen over het nieuwste liedje van Jochem Meijer dat zal worden ingezongen door (onder andere) mijn kinderen en mijn mogelijke debuut op het boekenbal, daar zult u nog even op moeten wachten.