Doorgaan naar hoofdcontent

Een onschuldig trauma

Eigenlijk wilde ik een logje schrijven met de titel: A Chihuahua named Louis Vuitton, maar daar kon ik helaas weinig content bij verzinnen.
Dus daarom wordt het wat anders, een verhaaltje over een onschuldig trauma, hierna te noemen Het Trauma.

Het was in de tijd dat ik mijn sleutels en mijn telefoon nog aan een koord om mijn nek droeg. Ik reed met een auto vol groot afval richting de vuilstort. (Ik weet niet of bij u de vuilstort er net zo uitziet, maar bij ons is dat een terrein waar je met je auto overheen kunt rijden langs allemaal verdiepte containers, waarbij bordjes staan met Hout, Glas, Bouwafval, etc. En in het midden van het terrein staat een huisje, vanuit waar een paar mannen in oranje gemeentepakken de boel zo’n beetje in goede banen leiden. Eigenlijk heel lollig. Zelfs nu, met Het Trauma, vind ik het nog steeds een van de leukste huishoudelijke taken; naar de vuilstort gaan. Jammer dat het maar drie keer per jaar mag zonder ervoor te betalen.)

Een van de objecten die ik moest dumpen was een metalen rek. Een soort boekenkast. Van metaal.
Dus ik reed de auto naar het bordje Metaal, smeet het gevaarte met een forse zwaai de drie meter diepe container in en............ bleef eraan haken met het koord om mijn nek.

Nee!
Ja!

Net toen ik besefte dat ik werkelijk zou worden meegesleurd en beneden waarschijnlijk gespietst door een ijzeren stoelpoot, schoot het koord los en was ik vrij.
En zag ik hoe mijn mobiele telefoon in de diepte verdween.

Me nog heerlijk onbewust van Het Trauma dacht ik iets luchtigs als: Pfoei, dat ging maar net goed en toog op zoek naar iemand die me kon helpen mijn telefoon uit de bak te vissen.

Inmiddels was het enorm hard gaan regenen en even later stond ik dus druipend op de drempel van het gebouwtje waar de mannen aan de koffie zaten en meldde dapper dat mijn telefoon in een van de containers was gevallen en of iemand misschien even kon helpen, met een ladder ofzo.
Wat me - logisch - een hoop gegrinnik opleverde en ge-'haha, een vrouw zeker'.

En toen snauwde ik niet dat ze nou wel konden gaan staan ginnegappen, maar dat ik voor hetzelfde geld dóód had kunnen zijn, nee, natuurlijk niet.
Toen glimlachte ik hulpeloos.
Want ik wilde mijn telefoon terug.

Maar over Het Trauma: er is dus sindsdien iets met me gebeurd. Ik vind het op de vuilstort nog steeds hartstikke grappig allemaal, maar op het moment dat ik iets daadwerkelijk in een container wil gooien gaat het mis. Dan breekt het zweet me uit. En durf ik niet. Los te laten.
Nou draag ik allang geen koord meer om mijn nek, maar iets kan theoretisch ook blijven haken aan een knoop van je jas.